Producteninformatie goed ingelicht beter kopen

De Zune is het antwoord van Microsoft op de iPod van Apple. De iPod is immers al enkele jaren op de markt en kent een groot succes.

Wat heeft de Zune dat de Ipod niet heeft?
• Een draadloze Wifi-verbinding waarmee je contact kan maken met andere Zune-spelers en onderling liedjes kan uitwisselen. Ook kan je draadloos je muziekvoorraad synchroniseren met je pc.
• De Zune beschikt over een ingebouwde FM-tuner waardoor je ook naar de radio kan luisteren op je mp3-speler.
• Je kan de Zune synchroniseren met je Xbox 360.

Er is ook een alternatief voor iTunes, de online liedjeswinkel op internet. Microsoft ontwikkelde de Zune Marketplace waar je ondertussen al een groot aanbod aan muziekbestanden kan terugvinden.

Verder lanceerde Microsoft de website Zune Social die Zune-gebruikers met elkaar in contact moet brengen. Net zoals bij de iPod zijn er ook voor Zune een aantal accessoires op de markt. Zo is er een car-pakket en een travel-pakket.

De verkoop van de Zune is niet zo’n geweldig succes als de iPod. Momenteel kan je de Zune nog niet verkrijgen in Europa.

Het woord podcasting is een samentrekking van iPod (de mp3-speler van Apple) en broadcasting (Engels voor ‘uitzenden’). Dit wil echter niet zeggen dat podcasting alleen toegankelijk is via de iPod, je kan een podcast ook beluisteren en/of bekijken op andere mp3-spelers en op je computer.

Podcasting is een systeem waarbij men audio- en videobestanden of software beschikbaar stelt via het Internet. Eigenlijk is er dus geen verschil tussen downloaden en podcasten.

De bestanden die worden gepodcast zijn vaak zeer divers en toegespitst op verschillende doelgroepen. Zo vind je op internetpodcasts van radio-uitzendingen, voorgelezen boeken, discussies, kookprogramma’s, begeleiding bij sporten, informatie voor een citytrip, kerkdiensten,..

Je kan een bepaalde podcastuitzending downloaden op de computer. Je kan je ook abonneren op een bepaalde serie podcasts. Dan worden door middel van speciale toepassingen (podcatchers genoemd) zoals iTunes of Juice, nieuwe podcastuitzendingen automatisch gedownload naar de harde schijf van je computer. Je kan de uitzendingen vervolgens op je computer beluisteren of overzetten op je mp3-speler. Bij mp3-spelers zoals de iPod kan je ervoor kiezen om de bestanden automatisch naar je iP od te laten sturen.

Onder meer in de Music Store van iTunes kan je podcasts opzoeken, voorbeluisteren en je erop abonneren. Webbrowsers als Internet Explorer (vanaf versie 7), Safari en Firefox laten je ook toe je te abonneren op podcasts. De podcatchers zoals Juice en iTunes kan je bovendien gratis downloaden op het internet.

Nog een leuke podcasttip: download de podcasts van take a trip om tijdens je citytrip informatie te beluisteren over de stad die je bezoekt. Gedaan met het bladeren door reisgidsen tijdens je vakantie. Je hebt enkel je mp3-speler nodig om informatie over je favoriete bezienswaardigheden, evenementen, geschiedenis, enzovoort te kunnen beluisteren. Zo kan je ondertussen je ogen de kost geven.

De iPod is de mp3-speler van het Amerikaanse bedrijf Apple, ook bekend voor hun Macintosh-computers. Deze muziekspeler werd geïntroduceerd in 2001. Hoewel men eerst dacht dat de iPod niet goed zou verkopen, werd het toestel meteen een groot succes. In 2007 waren er wereldwijd al meer dan 100 miljoen iPod-toestellen verkocht. Hiermee is het ook de meest verkocht muziekspeler ter wereld.

Oorspronkelijk is de iPod ontworpen als een draagbare mp3-speler, maar sinds zijn introductie zijn er verschillende modellen op de markt gekomen die nieuwe functies en opties hebben. Zo kan je nu ook op sommige toestellen video’s en foto’s bekijken.

De toestellen worden kleiner, functioneler en er wordt steeds meer aandacht besteed aan het esthetische. Sommige iPods hebben een gigantische opslagcapaciteit waardoor je duizenden liedjes, foto’s en video’s kan opslaan. De kleinere modellen beschikken over een flashgeheugen, de grote modellen over een harde schijf.

Hoewel de iPod een product is van Apple, kan je de iPod ook aansluiten op een Windows PC. Je kan de iPod configureren voor een Mac of voor een Windows PC.

De iPod beschikt over een ingebouwde batterij die je kan opladen met de bijgeleverde kabel. Die moet je aansluiten op je computer, de bijgeleverde adapter of een dockingstation wanneer je hierover beschikt.

Een mp3-speler is een muziekspeler die digitale muziekbestanden bewaart en afspeelt. Er kunnen niet alleen mp3-bestanden worden afgespeeld, maar ook wav-bestanden (het bestandtype van een gewonde CD) en wma-bestanden (het digitale bestandstype van Windows).

Steeds meer spelers zijn geschikt om ook foto- en videobestanden af te spelen. Deze spelers beschikken over een eigen kleurenscherm.

Een mp3-speler kan draagbaar zijn (vergelijk met een walkman), maar de mp3-speler kan ook geïntegreerd zijn in een DVD-speler, autoradio of mobiele telefoon.

De bestanden worden opgeslagen op een geheugen. Dit kan een flashgeheugen zijn of een harde schijf. Hoe groter het geheugen, hoe meer je kan opslaan. De grootte van het geheugen kan gaan van 128 megabyte tot 160 gigabyte of meer.

Het leuke aan de mp3-speler is dat je je eigen playlist kan samenstellen. Je kan de liedjes van je computer overbrengen op de mp3-speler via een USB-poort.

Naast het afspelen van muziek hebben veel mp3-spelers ook nog extra mogelijkheden:
• Je kan een mp3-speler ook gebruiken als usb-stick of draagbare harde schijf
• Je kan naar de radio luisteren op je mp3-speler
• Je kan je mp3-speler gebruiken als voice-recorder

Vanaf 1999 is er een ruime keuze aan mp3-spelers. Vanaf 2004 is de mp3-speler sterk in prijs gedaald en is ook de opslagcapaciteit toegenomen. De mp3-speler is dan ook een dagelijks gebruiksvoorwerp geworden voor velen.

De meest bekende mp3-speler is de iPod van Apple. Hiervan zijn er inmiddels meer dan 100 miljoen over de toonbank gegaan.

Voor de ontwikkeling van de mp3 maakte men meestal gebruik van een wav-bestand van een cd. Een groot nadeel van dit geluidsbestand is de enorme hoeveelheid ruimte die dit bestand inneemt. Dit maakt het uitwisselen van muziek via het internet onmogelijk.

Om hiervoor een oplossing te vinden, werd de mp3 ontwikkeld. Mp3 is de afkorting van MPEG-1 layer3. Een mp3-bestand is slechts 4 megabyte groot, terwijl een wav-bestand 40 megabyte groot is. Het mp3-bestand neemt dus 10 keer minder schijfruimte in beslag. Toch klinkt het geluid hetzelfde. Hoe kan dit?

Onze hersenen kunnen een groot aantal geluiden dat ons oor opvangt niet verwerken. Veel geluiden uit een muziekbestand (bijvoorbeeld de zeer hoge en de zeer lage tonen) kunnen dan ook weggefilterd worden zonder dat we dit merken. Hierdoor wordt het muziekbestand kleiner. Deze techniek heet compressie.

De voordelen van mp3 zijn dan ook zeer handig voor de consument:
• Op een cd kunnen nu 150 liedjes in plaats van 15
• Het downloaden van een mp3-bestand duurt slechts enkele seconden.
• In de mp3-tag kan extra informatie over het bestand opgeslagen worden (bijvoorbeeld titel, artiest, afbeelding van de cd-hoes).

Vooral de muziekindustrie ondervindt nadelen van het wereldwijde mp3-gebruik. Muziek wordt nu immers massaal illegaal gedownload.

Voordat je een camera koopt, moet je je afvragen welke soort fotograaf je bent. Ben je eerder een gelegenheidsfotograaf, een hobbyist of een echte (semi-)professional.

De gelegenheidsfotograaf

Dit soort fotograaf gebruikt vooral zijn digitale camera op (familie)feestjes, vakantie en speciale gebeurtenissen. Je hebt dan geen nood aan een camera met uitgebreide technische capaciteiten maar eerder eenvoudig te bedienen basisfunctionaliteiten (lcd-scherm, zoom, videomodus,..). Een camera met 2 megapixel is in dit geval voldoende. Vanaf 150 euro heb je al een camera die aan je eisen zal voldoen.

De hobbyist

Als hobbyist gebruik je regelmatig de digitale camera. Je kennis reikt ook verder dan de doorsnee gebruiker. Je kan dan best een camera met 4 of 5 megapixel aanschaffen. Ook is het interessant om zelf de zoeker en de belichting aan te passen. Naast de basisfunctionaliteiten beschikt de camera dus ook over meer uitgebreide technische capaciteiten. Je besteedt in dit geval tussen de 200 en 500 euro aan je camera.

Naast een camera kan het ook nuttig zijn om een extra geheugenkaart aan te schaffen en fotobewerkingsprogamma’s voor op je computer om de foto’s te bewerken.

De (semi-)professional

Als (semi-)professional is het aangeraden om een camera te kopen met digitale spiegelreflex. Je bent dan ondermeer in staat om zelf je lens te vervangen zodat je een zwaardere of lichtere lens kan gebruiken om in te zoomen. Als een echte kenner is het interessant om de variabelen bij het nemen van een foto zelf handmatig in te stellen om zo een optimaal resultaat te krijgen. Het aantal megapixels ligt hier best tussen 6 en 12. Je kan zo een camera kopen vanaf 1000 euro maar je kan ook veel meer uitgeven naargelang de mogelijkheden van het toestel.

Ook hier is het aanschaffen van accessoires zoals extra geheugenkaarten, fotobewerker, printer, lens,… geen overbodige luxe.

De meeste camera’s hebben zowel een optische als digitale zoom. Er is echter een belangrijk verschil tussen beiden.

Bij een optische zoom wordt de mechaniek van de lens gebruikt om in te zoomen op een object in de verte. De beeldkwaliteit van de foto blijft behouden. De digitale zoom selecteert een deel van het beeld en dat wordt dan uitvergroot. Hierdoor vermindert de beeldkwaliteit aanzienlijk.

Je kan dus best bij de aankoop van een digitale camera letten op de optische zoom. Ook bij het nemen van foto’s wordt aangeraden om zoveel mogelijk de optische zoom te gebruiken en niet de digitale zoom.

De belangrijkste onderdelen van een digitale camera zijn de lens en de sensor.

Een lens is een glazen voorwerp dat lichtstralen bundelt. In de digitale fotografie worden meestal zoomlenzen gebruikt. Dit is een stelsel van lenzen met een variabele brandpuntafstand. Het brandpunt is het punt waar de stralen die door de lens vallen, samenkomen. De brandpuntafstand is de afstand tussen de lens en het brandpunt. Bij het inzoomen wordt een stuk van het beeld weggesneden en het overgebleven deel vergroot.

Een sensor vangt het licht op dat door de lens valt en vertaalt dit naar een digitaal signaal. Een sensor is opgebouwd uit miljoenen diodes. Elke diode bepaalt de kleur van 1 pixel. Hoe meer diodes op een sensor zitten, hoe meer pixels de foto bevat, hoe hoger de resolutie is.

De beeldkwaliteit hangt dus niet alleen af van het aantal megapixels maar ook van de grootte van de sensor. Bij een kleinere sensor staan de pixels op een kleinere oppervlakte wat meer ruis kan veroorzaken. Zo kan de beeldkwaliteit van een camera met 8 megapixel maar met een kleine sensor slechter zijn dan die van een camera met 6 megapixels maar met een grote sensor.

Aan de hand van deze tips kan je (nog) mooiere foto’s maken.

Meer dan 1 foto nemen

Neem, indien mogelijk meerdere foto’s. Dit is net het pluspunt van een digitale camera. Op het kleine LCD-schermpje van je camera zie je meestal niet meteen alle details (zo kan er iemand zijn of haar ogen dicht hebben). Neem daarom verschillende foto’s om te voorkomen dat je slechts 1 mislukte foto hebt van datgene wat je wou vastleggen. Probeer ook vanuit verschillende standpunten en perspectieven de foto te nemen. Achteraf heb je dan een ruime keuze en kan je de beste foto selecteren.

Rechte horizon

Wanneer je buiten foto’s neemt, zorg er dan voor dat je de horizon altijd recht op je foto’s hebt staan. Anders kan dit een heel raar effect opleveren.

Ken je camera

Neem de tijd om de mogelijkheden van je camera te leren kennen. Hierdoor kan je in alle omstandigheden je camera snel en juist bedienen. Veel oefenen en vooral uitproberen is de boodschap.

Niet bewegen

Het is belangrijk dat je de camera stil houdt bij het nemen van foto’s. Als je het toestel beweegt tijdens het nemen van een foto krijg je onscherpe beelden.

Gulden snede (regel van derden)

In de Griekse oudheid had men al door dat er bepaalde punten in een schilderij zijn waar het menselijk oog vanzelf naar toe werd getrokken. Ook in de architectuur kan een bepaalde verhouding worden gebruikt die als aangenaam wordt ervaren. Deze verhouding wordt de gulden snede genoemd. De gulden snede kan je ook toepassen in de fotografie.

Verdeel een canvas in 3 gelijke delen zowel horizontaal als verticaal. Zo krijg je 4 krachtlijnen (A, B, C en D)

Zo plaats je de horizon best gelijk met krachtlijn C of D in plaats van het midden. Een (verticaal) onderwerp zet je best op krachtlijn A of B.

Gebruik van kleuren

Felle kleuren vallen op en donkere niet. Zo zullen geel en rood uit het beeld springen terwijl grijs, zwart of bruin niet de aandacht trekken. Dat is algemeen geweten. Hou hier dan ook rekening mee bij het nemen van foto’s. Als je dus op een onderwerp met donkere kleuren de aandacht wil vestigen, plaats het dan niet tegen een achtergrond met felle kleuren. Iedereen zal naar de achtergrond kijken in plaats van naar het onderwerp.

Bij een spiegelreflexcamera zit er een speciale spiegelconstructie tussen de lens en de sensor. Deze constructie vind je niet terug bij de compactcamera.

De zoeker en het LCD-scherm geven precies aan wat er op de foto zal staan. Bij de compactcamera kan hier een kleine afwijking optreden.

Bij een camera met spiegelreflex kun je van lens wisselen. Zo kan je een zwaardere lens gebruiken wanneer je het zoombereik wil vergroten. Je kan ook een speciale macro- of sport-lens aanschaffen. Bij een compactcamera is er een vaste lens. Het zoombereik ligt dan ook vast en kan je niet veranderen.

De spiegelreflexcamera’s zijn groter, zwaarder en duurder dan de compactcamera’s. Ze bieden daarentegen wel (veel) meer mogelijkheden. Een spiegelreflexcamera wordt dan ook meestal gebruikt door personen die fotografie als hobby of beroep hebben. Een compactcamera is eerder voor het alledaagse gebruik.