Producteninformatie goed ingelicht beter kopen

Koos je vroeger voor parket, dan had je niet veel keus qua houtsoorten. Inlands eikenhout was zowat de enige optie. Als je nu voor parket gaat kijken, krijg je de keus tussen wel tientallen verschillende soorten hout . Niet-kenners zullen dan ook moeilijk hun weg vinden in het uitgebreide aanbod. Hier een handleiding met de aspecten die je in het  oog moet houden bij je keuze.

Kleur & uitzicht

Verschillende houtsoorten hebben vanzelfsprekend ook verschillende kleuren. Maar ook binnen een bepaalde houtsoort kunnen er grote kleurschakeringen voorkomen. Wil je voorkomen dat er teveel kleurverschillen optreden, maak dan duidelijke afspraken met je leverancier. Maar vergeet niet dat hout een natuurlijk product is en een lichte kleurvariatie onvermijdelijk is.

We maken een verschil tussen kernhout, het donkerdere en zwaardere hout uit het binnenste gedeelte van de boom en spinthout, het lichtere hout tussen het kernhout en de bast van de boom. Bij de ene houtsoort zie je het verschil tussen spint- en kernhout al beter dan bij de andere. Bij kwaliteitsparket wordt doorgaans geen spinthout gebruikt.
In houten planken komen altijd wel onregelmatigheden voor, de zogenaamde kwasten.  Die kwasten bepalen mee het uitzicht van je vloer.

Slijtvastheid

Waar je parket gaat leggen, is ook erg belangrijk voor je keuze. Een vloer in een kamer waar het altijd druk is moet meer slijtvast zijn dan een vloer in minder belopen kamers (bijvoorbeeld een slaapkamer). In veelgebruikte ruimtes wordt doorgaans dan ook gekozen voor een zwaardere houtvloer.
Slijtvaste houtsoorten: eiken, essen, beuken, basracolus, maple, iroko, afzelia, merbau, mutenye
Minder slijtvast: berken, grenen, vuren

Natuurlijk kan ook zwaar en slijtvast hout beschadigingen oplopen. Daarom is het belangrijk ook aandacht te besteden aan de kwaliteit van de afwerking. Zo zal vernis minder snel vergaan dan boenwas.

Door de jaren heen zal het vochtgehalte van het hout stijgen. Dit wordt het ‘werken’ van het hout genoemd.  Bij vochtopname zwelt het hout, bij vochtafgifte krimpt het.  Vraag aan je leverancier welke houtsoorten veel of weinig werken.

Massief parket

Massief parket bestaat uit verschillende massieve houten planken met een dikte van 8 tot 23 centimeter. Die worden volgens een bepaald patroon op de grond gelegd. Massief parket is de duurste parketsoort, maar ook diegene die het langst meegaat.

Massief parket bestaat in veel verschillende soorten:

1. Plankenvloeren: de vloer zelf bestaat uit massieve planken van minstens 2 cm. dik met een tand-en groefverbinding. Dit kunnen planken zijn met een verschillende breedte, maar ook met een gelijke breedte.

2. Strokenparket: bestaat uit dunnere en minder brede planken dan een plankenvloer. Wordt bevestigd op een onderparket, in tegenstelling tot de plankenvloer. De stroken hebben geen tand- en groefverbinding.

3. Kasteelplanken: plankenvloer met extra brede planken.

4. Mozaïekparket: bestaat uit kleine rechthoekige stukken hout die samengebracht worden in vierkanten en volgens een bepaald patroon (dambord, visgraat, vlechtmotief,…) gelegd worden.

5. Tapijtparket: de houtstroken zonder tand en groef worden bevestigd op een onderparket.
Kops-parket: aan de kopkant van het hout zijn de jaarringen zichtbaar. Vaak worden bij houten vloeren de planken met de kopse kant naar boven geplaatst, om zo een grotere slijtvastheid te garanderen.

Halfmassief parket

Meerlagig parket: wordt ook wel lamelparket genoemd. Bestaat in totaal uit drie lagen. Naast een stabiliserende onderlaag in hout, MDF- of HDF-plaat is er ook een kern in een goedkope houtsoort en een houten toplaag van minstens 2,5 mm. dik. Lamelparket wordt vaak legklaar geleverd en is doorgaans goedkoper dan massief parket. Bovendien is het gemakkelijker te plaatsen.

Fineerparket: bestaat net zoals meerlagig parket uit verschillende lagen, maar met een dunnere toplaag (maximaal 2,5 mm. dik). Fineerparket is per definitie goedkoper dan massief parket. De sterkte van de vloer wordt bepaald door de stabiliserende onderlaag, waardoor het ook mogelijk is zachter houtsoorten te gebruiken. Fineerparket kan niet opnieuw geschuurd worden.

Recuperatieparket

Een ouden plankenvloer die voor de authenticiteit of de schoonheid opnieuw gebruikt wordt noemen we recuperatieparket. Als fabrikanten zelf de vloeren er kunstmatig ouder laten uitzien, spreken we van verouderd parket. Recuperatieparket is vaak afkomstig uit oude gebouwen.

Van plan een parketvloer te leggen? Wij zetten alvast nog eens de belangrijkste voor- en nadelen op een rijtje

Voordelen parket

• natuurlijk product
• geeft de kamer een gezellige, warme uitstraling
• parket is iets van alle tijden
• lange levensduur
• isoleert warmte, energiebesparend
• goede geluidsdemper
• gemakkelijk te onderhouden
• herstellingen zijn meestal mogelijk
• verkrijgbaar in verschillende soorten en maten

Nadelen parket

• sommige parketvloeren zijn erg duur
• niet bestand tegen water, je kunt het dus niet in een vochtige ruimte gebruiken
• opletten met uitzetten en krimpen van hout
• in het parket komen gemakkelijk krasjes, maar die zijn ook weer weg te werken

Om de parketvloer af te werken, heb je de keuze tussen lak, was of olie. Maar wat is nu precies het verschil tussen die drie?

Was

Een wasvloer moet je regelmatig stofzuigen of afvegen, best met speciale dweilwas. Het is aan te raden de vloer een paar keer per jaar van een nieuw laagje te voorzien.

Voordelen

• Onderhoud met speciale zeep, regelmatig opnieuw boenen. Om de drie maanden moet je een nieuwe waslaag aanleggen met een kleine boenmachine of een katoenen doek.
• Ziet er het meest natuurlijk uit, wordt zelfs mooier met de jaren

Nadelen

• Niet bestand tegen krassen, maar wel gemakkelijk te herstellen
• Water laat plekken achter
• Meer onderhoud nodig, vaak stofzuigen of afvegen met een stofdoek

Lak

Af en toe schoonmaken met een vochtige doek en een speciaal schoonmaakmiddel, enkele keren per jaar een polishlaag aanbrengen. Pas na een paar jaar heeft het parket een grote onderhoudsbeurt nodig. Dan moet je de vloer licht schuren en een nieuwe laag aanbrengen.

Voordelen

• Meest gebruiksvriendelijk, kruipt weinig onderhoudstijd in
• Gemakkelijk te dweilen
• Natuurlijk uitzicht
• Minder onderhevig aan slijtage
• Pas na 10 jaar grote onderhoudsbeurt nodig

Nadelen

• Geeft een matte glans, ziet er minder natuurlijk uit
• Krassen niet plaatselijk weg te werken.
• Kan verkleuren onder invloed van zonlicht

Olie

Regelmatig stofzuigen, een keer per jaar dweilen met speciale zeep, om zo het vuil in vuil in de houtporiën los te weken. Na een bepaalde tijd opnieuw oliën, afhankelijk van de gebruiksintensiteit (meestal een paar jaar).

Voordelen

Nog altijd vrij gemakkelijk in onderhoud

• Natuurlijk uitzicht
• Krassen minder zichtbaar
• Plaatselijke herstellingen (krassen) mogelijk
• Bestand tegen water
• Milieuvriendelijk

Nadelen

• Verminderde weerstand tegen bijtende middelen
• Meer onderhoud nodig dan lak

Van een mooie houten parketvloer wil je natuurlijk zo lang mogelijk genieten, daarom moet je ze goed onderhouden. Hoe je dat doet, kun je hier lezen.

Dagelijks onderhoud

Het dagelijkse onderhoud van je parketvloer kan best op een droge manier gebeuren. Daarvoor kun je een parketborstel gebruiken of een stofdoek. Als het vuil er zo niet afgaat, kun je ook een licht bevochtigde doek gebruiken. Zorg er dan wel voor dat de vloer binnen de minuut droog is.

Onderhoud met producten

Hoe je de vloer onderhoudt, is verder afhankelijk van de houtsoort en de afwerkingslaag van de vloer. Onderhoud met speciale producten is nodig om de parketvloer meer bescherming te geven, zodat hij niet gaat lijden onder slijtage.

1. Geboende parketvloer

Een geboende parketvloer of wasvloer wordt na de productie afgewerkt met een laag boenwas. Om de vloer voldoende te beschermen, moet die boenwas regelmatig opnieuw aangebracht worden.

Om een nieuwe waslaag aan te brengen, heb je gewoon een droge katoenen doek of een kleine boenmachine nodig. Smeer de boenwas voorzichtig uit op het parket, volg de richting van de houtnerven. Als je water morst, moet je dit meteen van de vloer verwijderen, anders kunnen er kringen ontstaan.

Je parket zou om de drie maanden zo’n onderhoudsbeurt moeten krijgen om vuilheid te vermijden. Hoe vaker je de vloer in het begin boent, hoe minder onderhoud hij na verloop van tijd zal nodig hebben. Om de vijf jaar moet je de bovenste waslaag verwijderen met white spirit, om daarna een nieuwe laag aan te leggen. Te vaak of te veel je parket boenen, is trouwens ook niet goed. De boenwas moet genoeg tijd krijgen om in de vloer te dringen.

2. Gelakte parketvloer

Een lakvloer of gevernist parket is heel gemakkelijk te onderhouden. Er zijn een heleboel verschillende soorten lak op de markt.

Ten minste om het halfjaar moet de vloer volledig gereinigd worden met een onderhoudsproduct. Op plaatsen waar veel mensen langskomen, moet dit zelfs vaker gebeuren. Kleine krasjes kun je ook wegwerken met het onderhoudsproduct. Je kunt ze ook wegschuren en de lak terug aanbrengen. Als het parket zijn glans verliest, kun je het behandelen met een polish.

Reinig je vloer om het halfjaar volledig met het onderhoudsmiddel. Na ongeveer 10 jaar zal je de parketvloer helemaal opnieuw moeten lakken. Dan moet je de bovenste laag volledig wegschuren en het lakproduct opnieuw aanbrengen.

3. Geolied parket

Een olievloer kun je doorheen het jaar best onderhouden door regelmatig te stofzuigen. Een paar keer per jaar mag je je parket dweilen. Dit kun je beter doen met een vochtige dweil dan met veel water. Er bestaat beschermende zeep voor olieparket.

Je moet je vloer ook regelmatig (om de paar jaar) opnieuw oliën. Een goed onderhouden vloer hoef je dan niet opnieuw af te schuren. Voor je nieuwe olie op het parket aanbrengt, moet je het ontvetten. De olie breng je aan met een katoenen doek of een kleine boenmachine. De olie die je kiest, bepaalt de kleur van je vloer. Zo zal natuurlijke olie altijd zorgen voor een donkerdere kleur.

Parket is de verzamelnaam voor verschillende soorten hardhouten vloeren. Een parketvloer krijgt een speciale behandeling (zagen, schuren, drogen, lakken, in de was zetten, oliën…). Daardoor is de vloer heel goed bestand tegen slijtage.

Parket kan uit verschillende soorten hout vervaardigd worden., vandaar het verschil in kleur en vorm tussen verschillen parketvloeren. Vroeger was parket bijna altijd gemaakt uit eikenhout, maar tegenwoordig is er een uitgebreid aanbod aan houtsoorten.

We kunnen een onderscheid maken tussen het zogenaamde massieve parket, dat bestaat uit massieve, houten planken en het strokenparket, dat geleverd kan worden in parketdelen. Massief parket moet je zelf nog volledig schuren en afwerken.

De delen van het strokenparket kunnen verschillende breedtes en lengtes hebben. Ze zijn aan de vier zijkanten voorzien van messing en groef, waardoor ze via een clicksysteem neergelegd kunnen worden. Strokenparket krijgt ook wel eens de naam geprefabriceerd parket.

Parket kun je in bijna alle kamers gebruiken, behalve natte ruimten als badkamers, keukens en waskamers.

Satelliettelevisie kent heel wat voordelen, maar veel mensen laten zich afschrikken door de installatie van de schotel en alle andere onderdelen. Hier vind je een overzicht van alle onderdelen die je nodig hebt bij de  installatie van een schotelantenne.

Schotelantenne

Het satellietsignaal raakt het oppervlak van de schotel en wordt zo weerkaatst naar de feedhorn van de LNB. Wees bij de installatie van de schotel extra voorzichtig. Een ingedeukte schotel gaat niet alle signalen weerkaatsen.  Kies voor een schotel van minstens 50 centimeter doorsnede, anders ontvang je de signalen niet zo goed.  Als je een goede ontvangst wil, moet de schotel goed uitgericht worden. dat betekent dat hij precies op de juiste satelliet gericht moet zijn. In Nederland en Vlaanderen is dat vaak de Astra 1-satelliet, waarmee je de openbare en commerciële Vlaamse en Nederlandse zenders ontvangt.

LNB (Low Noise Block)

De LNB, de Low Noise Block, die met een arm aan de schotel bevestigd zit, ontvangt het satellietsignaal en zet dit om in een signaal dat doorgegeven wordt aan de satellietontvanger.  Het radiofrequent signaal moet omgezet worden naar een lagere frequentieband.  Aan een schotel kunnen ook meerdere LNB’s zitten, zodat de schotel meerdere satellieten kan ontvangen.  Er bestaan verschillende types LNB. Op de single LNB kun je slechts een satellietontvanger aansluiten, op de twin LNB twee die apart van elkaar kunnen functioneren, op de quatro LNB kan een multischakelaar aangesloten worden, waardoor de signalen naar meerdere ontvangers in één huis gestuurd kunnen worden  (verschillende kamers, tv en videorecorder, …)

Coaxkabel en F-connectors

Tussen de ontvanger en de schotel wordt een coaxkabel bevestigd. Zo’n kabel zorgt ervoor dat er bij de signalen van schotel naar ontvanger niet veel kwaliteitsverlies optreedt. Op die kabel worden F-connectors bevestigd.

Satellietontvanger

De ontvanger zet het signaal van de LNB om in beeld en geluid. Er zijn analoge en digitale ontvangers op de markt.  Een digitale ontvanger biedt ook interactieve mogelijkheden, maar kan geen twee verschillende satellieten op hetzelfde moment ontvangen.  Met een schotelantenne ontvang je zowel vrije kanalen (free-to-air) als gecodeerde kanalen. Om die gecodeerde kanalen te ontvangen heb je nog een speciale smartcard nodig.

Op zoek naar de tv die het best bij je past? Beeldbuis of flatscreen? Plasma of LCD? Ieder televisietoestel heeft wel zijn voor- en zijn nadelen. Hieronder vind je de belangrijkste voor- en nadelen.

Voordelen

LCD

• Goedkoper dan plasma-tv’s
• Neemt niet veel plaats in
• Scherp Beeld
• Gemakkelijk aan te sluiten op de computer
• Laag energieverbruik

Plasma

• Grote schermen
• Neemt niet veel plaats in
• Waar je ook zit, je hebt altijd goed beeld
• Geeft donkere kleuren goed weer

Beeldscherm-tv

• Goedkoopste optie.
• Nog steeds de betrouwbaarste tv’s.

Nadelen

LCD

• Nog niet verkrijgbaar in de grootste maten.
• Bij slechte LCD-televisies moet je recht voor het scherm zitten, anders zijn stukken van het beeld wazig.
• Bij snelbewegende beelden kan het scherm vertragingen kennen doordat de responstijd te laat is. Daardoor kunnen veegeffecten optreden.
• Dode pixels leiden tot storende vlekjes in het scherm die niet meer te herstellen zijn..

Plasma

• Plasmatelevisies zijn nog steeds de duurste optie.
• Plasmatelevisies hebben een iets hoger energieverbruik dan LCD- of beeldbuistelevisies.
• Zijn zwaarder en daardoor moeilijker te bevestigen aan de muur.
• Meer last van weerspiegelend zonlicht dan LCD.
• Oude plasmaschermen kunnen wel eens last hebben van ‘inbranding’. Bij lang stilstaande beelden blijven er dan beeldresten achter, die niet meer te verwijderen zijn.

Beeldscherm-tv

• Groot en zwaar, neemt veel plaats in.
• Ouderwets, geen mogelijkheid tot nieuwigheden als HDTV.
• Is op esthetisch vlak minder mooi.

Je zou het haast over het hoofd zien maar de ouderwetse beeldbuis-tv wordt nog steeds verkocht, ook al zie je in reclameblaadjes enkel nog de lcd- en plasmatv’s opduiken. Voor wie bij de aankoop van een nieuwe tv nog twijfelt tussen plasma/lcd en de oude vertrouwde beeldbuis, zetten we de voor- en nadelen even op een rijtje. Hier lees je welke tv het beste is als je op je bank een ontspannen avondje wilt beleven.

Betrouwbaarheid

Volgens experts is de beeldbuis-tv nog altijd de beste en meest betrouwbare tv.  De eerste generatie lcd- en plasmatv’s kenden nogal wat kinderziektes en de kwaliteit was dan ook niet zo goed als de beeldbuis-tv’s. Maar de ontwikkeling staat ook hier niet stil en men kan spreken van een kwaliteitsverbetering bij de lcd- en plasmatv’s.

Omvang/design

Beeldbuis tv’s zijn groot ,log en nemen veel plaats in. Ook het design is minder fraai dan de lcd-televisies en plasma tv’s. Bovendien kan je de lcd- en plasmatv’s makkelijk zoals een schilderij aan de wand bevestigen.

Beeld

Het beeld van de lcd- en plasmaschermen is veel scherper en helderder waardoor de beelden realistischer overkomen.

HDTV

Slechts enkele beeldbuis-tv’s hebben een voorziening om het scherpere HD-beeld weer te geven. De huidige generatie LCD- en plasmatelevisies zijn meestal wel voorbereid op HDTV-signalen.

Prijs

In de portemonnee kan je het voordeel van de beeldbuis-tv’s het beste merken. Onder de 500 euro kan je een beeldbuis-tv met een grote (> 50 cm) beeldschermdiagonaal op de kop tikken. Voor plasma en lcd betaal je al een heel pak meer. De verwachting is wel dat de prijzen van de lcd- en plasmatv’s naar beneden zullen gaan.Heb je beslist om te kiezen voor een lcd- of plasmatv, zoek dan eens op voorhand uit wat de verschillen tussen die twee zijn

Bij satelliettelevisie worden de signalen die worden uitgezonden in een tv-studio naar een satelliet gestuurd, die zich op meer dan 35.000 km. afstand van de aarde bevindt. Dit gebeurt via een paraboolantenne. Die satelliet stuurt de signalen dan weer naar de schotelantennes op aarde. Deze antennes sturen het signaal naar een decoder, die het omzet in een signaal voor de tv. Tussenkomst van een kabel-of telefoonbedrijf is niet langer nodig. De signalen die het station doorstuurt naar de satelliet, worden ook wel ‘uplink’ genoemd. De signalen die de satelliet naar de schotels worden ‘downlink’ genoemd.

De ontvangst van het satellietsignaal gebeurt niet door de satellietschotel zelf, maar door de LNB. De LNB of Low Noise Block is een ontvangstkop die de signalen van de satelliet doorgeeft aan de ontvanger. De LNB zit met een arm vast aan de schotel. De schotel ontvangt een signaal, refelecteert dit en geeft het door aan de LNB.

Na de bevestiging van je schotel kun je meteen televisie kijken. Je ontvangt dan wel alleen de gratis kanalen (Free to Air) die hun isgnaal ongecodeerd versturen. Je moet dus een abonnement nemen.

Vroeger werd er voor de ontvangst van satellietsignalen gebruik gemaakt van een analoge decoder, maar nu is het ook al mogelijk via je satelliet digitale televisie te ontvangen.

De abonnementskosten voor satelliettelevisie zijn heel laag, maar voor de kosten voor de schotel en de installatie moet je toch zeker enkele honderden euro’s tellen.

Een groot voordeel van satelliettelevisie is dat je ook in caravans of vakantiehuisjes tv kunt ontvangen.

Wat heb je nodig voor satelliettelevisie?

Een korte opsomming van wat je nodig hebt om sateliettelevisie te ontvangen:

• Een schotelantenne: kies voor een schotel van minstens 45 cm. doorsnede. Als je helemaal zeker wilt zijn dat er geen storingen optreden, neem dan een schotel van 54 cm. doorsnede. Hoe groter de schotel, hoe beter hij de signalen zal ontvangen.
• LNB
• Satellietontvanger of decoder: een decoder heb moet het signaal van de tv omzetten naar beeld en geluid
• Coaxkabel en 2 F-connectoren
• Smartcard: kaart met een chip die zorgt voor de decodering van de gecodeerde zenders
• Bevestigingsbeugels of statief voor schotel

Digitale tv via satelliet

Ook via de satelliet kun je genieten van digitale televisie. Het grootste voordeel daarvan is het uitgebreide aanbod aan buitenlandse zenders, zelfs nog meer dan bij andere aanbieders van digitale tv. Je kunt ook heel veel radiozenders ontvangen. Digitale televisie via satelliet garandeert je beeld en geluid van dvd-kwaliteit.