Vooraleer je de gemaakte foto’s kan bewerken of opslaan op je computer, moet je ze natuurlijk eerst overbrengen naar je computer. Er zijn verschillende mogelijkheden om dit te doen.
In de meeste gevallen wordt er een verbindingskabeltje geleverd bij de camera. Je sluit dit kabeltje aan op je camera en op een USB-poort van je computer. Zo kan je de foto’s transporteren. Indien je computer niet over een USB-aansluiting beschikt, dan kan je een USB-insteekkaart kopen die in je computer geïnstalleerd worden. De meeste recente computers beschikken over één of meerdere USB-ingangen.
Een andere handige manier om je foto’s te transporteren is een kaartlezer. Je haalt het geheugenkaartje uit je camera en steekt het in de kaartlezer.
Kaartlezers bestaan er in vele soorten en prijzen. Elk type geheugenkaart heeft zijn eigen kaartlezer. In sommige kaartlezers kan je echter meerdere soorten geheugenkaarten kwijt. De kaartlezer kan intern geïnstalleerd zijn in je computer, maar je kan ook een externe kaartlezer aanschaffen die je aansluit met een USB-kabel op je computer.
Denk eraan dat niet alle digitale camera’s werken met Mac, Linux of alle versies van Windows. Ga daarom op voorhand na welk besturingssyteem je computer heeft en controleer of de camera dit ondersteunt.